Kroniek van mijn jeugd deel 3
Hoofdstuk
17. 9 april 1962 – 9
april 1963
waarin ik
hard studeerde
oktober
1962 |
In juli 1962 was ik klaar met de derde klas kweekschool. In september begon ik aan mijn laatste jaar. Na dat jaar kon je nog een jaar doorgaan voor je hoofdakte, maar dat was ik niet van plan. Op de eerste plaats had ik al bijna 18 jaar op kosten van mijn ouders geleefd en gestudeerd en het werd tijd dat ik iets terug ging doen, op de tweede plaats leek het mij geen interessante studie met vakken als Nederlands, opvoedkunde, psychologie en al dat soort vage vakken en op de derde plaats had ik er niets aan, want ik wist zeker dat ik nooit op een MULO met van die lastige pubers wilde lesgeven en ook wilde ik geen hoofd van een school worden. In november overleed koningin Wilhelmina. Ze werd in Delft begraven op 8 december 1962. Omdat ik in (de buurt van) Delft woonde, kreeg ik vrij van school om naar de begrafenis te gaan kijken. We stonden langs de route opgesteld en we konden de stoet heel goed zien. Het was een indrukwekkend gezicht: de koets en al die paarden, helemaal met witte doeken bekleed.
|
Carnaval op school | |
en Carnaval in Nieuw-Dijk |
In maart maakten we deze leuke foto’s op onze kamers in de nieuwbouw. We, dat zijn: Ans, Marijke, Margreet, Gerda en ik (middenvoor).
|
|
Op een dag werd ik door zuster Rosa, het hoofd van de school, gevraagd of ik mee wilde werken aan een folder om nieuwe kloosterlingen voor het Dominicanessenklooster te werven. Ik wilde daar wel aan meewerken, als ik maar niet zelf in het klooster hoefde. Maar gelukkig bestond mijn medewerking alleen uit het poseren voor een foto met zuster Gertrudis. Ik had geen idee waarom ik daar voor uitgekozen werd, maar ik vond het wel een grappige foto. Ik had het geruite pakje aan, dat ik zelf op naaien had gemaakt. |
|
Uiteindelijk kwam alleen mijn hoofd, in spiegelbeeld, rond uitgesneden, op de voorkant van de folder. |
Hoofdstuk
18. 9 april
1963 - 9
april 1964
waarin ik
een echte
juf werd
In mei 1963 gingen we nog een keer op schoolreis, naar Keulen. Hier poseer ik met Dora en Agnes.
|
|
En op 10 juni, een week voor ons eindexamen, dronken we nog een keer gezellig koffie samen, op Gerda's kamer.
|
Op
19 juni 1963 deed ik eindexamen kweekschool.
|
|
Dat was natuurlijk groot feest! Ik kreeg bezoek van: opa, tante Annie, oma, tante Mien en tante Corry. Ma had een berichtje in de krant laten zetten. Het berichtje eindigde met: Zij was met haar achttien jaren de jongste kandidate. |
Ik
had in Delft gesolliciteerd naar een baan als onderwijzeres op een katholieke
school. Ik kreeg te horen dat er al in voorzien was, maar dat er op een andere
school bij hetzelfde schoolbestuur nog een onderwijzeres nodig was. Zo kwam ik
bij de Geertruyd van Oostenschool terecht. Ik kon meteen de maandag na mijn
eindexamen beginnen in de 2-3 combinatieklas. Het was nog een paar weken hard
werken tot de zomervakantie, maar gelukkig pakte ik ook meteen het schoolreisje
mee, op 3 juli 1963, naar Schiphol. |
|
Mijn
collega’s: Achterste
rij: Mien Beek, soeur Gertruda, Lien van der Knaap, Emmy Stokman, Een
voordeel van onmiddellijk na mijn examen een baan te krijgen, was dat de 6 weken
zomervakantie doorbetaald werden. Mijn salaris bedroeg ƒ 287,-
per maand. Daarvan gaf ik mama ƒ 100,- en ik zette ƒ 100,- op mijn
spaarrekening. De rest gebruikte ik om leuke dingen te kopen. Na de zomervakantie kreeg ik een 1e klas. Er waren twee 1e klassen en de onderwijzeres van de andere 1e klas was een zuster van 64 jaar. Het was het laatste jaar dat ze werkte en zo kon ze me meteen goed inwerken. Omdat ze al oud was, kreeg zij alle ‘makkelijke’ leerlingen en ik kreeg de meer bewerkelijke. Nou, dat viel niet mee! Er was een tussendeur tussen onze klassen en telkens als ik door die deur ging om haar iets te vragen, kwam ik in een doodstille klas waar alle kinderen rustig zaten te werken en die prachtige letters en cijfers in hun schriftjes schreven! Als ik weer terugging naar mijn eigen klas, kwam ik weer in het rumoer terecht, met kinderen die slordig schreven en bij wie het veel langer duurde voordat ze konden lezen. Het was geen eerlijke vergelijking, vond ik. Toch werd er voortdurend vergeleken. |
Ik
zag er niet echt uit als een strenge juffrouw en de kinderen hadden niet
veel ontzag voor me. Het viel me heel moeilijk om orde te houden en dat
was juist heel belangrijk in die tijd. |
Ik had nog nooit in een 1e klas lesgegeven en ik vroeg: wat kan ik van de leerlingen verwachten? Wat hebben ze geleerd op de kleuterschool? (Ik had zelf ook maar één jaar kleuterschool gedaan.) Het antwoord was: ga er maar vanuit dat ze niets weten, dat ze alles nog bij jou moeten leren. Onze
leren-lezenmethode ging uit van de ‘normaalwoorden’: Van de ie en de ei vertelde ik het volgende verhaaltje: |
Er
was eens een heks. De heks had een puntmuts, kijk maar: i |
Nadat
alle klinkers en alle medeklinkers aangeleerd waren, begon het eigenlijke leren
lezen: ik had van karton een rond bord gemaakt (uiteraard op aanwijzing van mijn
mede-1e klas-onderwijzeres) met daarop verschuifbare delen voor de
medeklinkers-klinkers-medeklinkers. Ik wees een regel op het bord aan, de klas
las het woord, ik verschoof het bord waardoor er weer een andere combinatie
ontstond, de klas las dat woord, enz. Telkens als er een kwartiertje over was,
gebruikten we dat bord om het technisch lezen te oefenen.
Ik
was op dansles gegaan bij dansschool Wesseling, meteen in het 2e jaar omdat ik
op de kweekschool al alle basispassen had geleerd. Loek Wesseling sr. (ouwe
Wesseling) was een bevlogen man. Hij liep niet, hij schreed door de zaal met
zijn strak-rechte rug en zijn altijd gepoetste schoenen. Zijn partner heette
Riet Slob en het was echt een feest om die twee samen te zien dansen. Ze maakten
er altijd een hele show van! |
Met Frans ging ik ook naar het Carnavalsbal | Carnaval 1964 |
en
naar het Neuzenbal (halfvasten) in het congregatiegebouw in Delft.
Foto
genomen op het Neuzenbal, maart 1964 |
Thuis
had ik nu een eigen kamer gekregen. Een gedeelte van de zolder werd betimmerd en
er werd een deur in gemaakt. Er waren planken waar ik mijn kleren op kon leggen,
afgesloten met een gordijn; er stond een bed, en een tafel met een stoel. Ik had
een pick-up gekocht en ik draaide op mijn kamer de platen van The Beatles
(Help), uiteraard Jaap Fischer, dansplaten, en veel Antilliaanse muziek. Op een dag was er iets gebeurd (had ik iets gedaan) wat kennelijk niet door de beugel kon, want ik werd door mama op mijn kamer opgesloten. Maar daar had ik al snel iets op gevonden: ik kroop door mijn raam naar buiten, de dakgoot op, over de dakgoot naar het raam van de kamer van Toke, Anny, Lia en Marja, daar door het raam naar binnen en door hun deur naar zolder en zo stond ik in een mum van tijd toch weer beneden! Hoofdstuk 19.
9 april
1964 - 9
april 1965
|
Gelukkig
ging alles vrij goed. Het had geregend en er lagen grote plassen op de weg. Ik
had het zo druk met op de weg kijken, dat ik helemaal niet lette op wat er met
de fietsers gebeurde als ik langs reed: die werden helemaal natgespetterd! Na
afloop kreeg ik de opmerking, dat ik daar voortaan op moest letten en hij zei
ook: Nu begint het pas! Vanaf nu ga je pas echt leren rijden! Maar ik was
geslaagd! Op een dag was het weer erg rumoerig en ik reageerde vermoeid met: Klaar? Af! antwoordde Toni Keijzer, en gelukkig had ik voldoende humor om daar ontzettend hard om te moeten lachen! Ik vond muziekles heel leuk en met mijn Ward-opleiding was ik in staat om mezelf nieuwe liedjes aan te leren. Zo zongen we vaak het volgende liedje:
|
Vlindertje vlindertje fladder maar Nu eens hier en dan weer daar Nu eens hoog en dan weer laag Vlindertje, ‘k zie je toch zo graag. Vlindertje vlindertje kijk toch uit Voor een bengel of een guit Want hij vangt je in zijn net Vlindertje, uit is dan de pret. |
Het
favoriete liedje van de leerlingen was: Een
ander liedje was: De voorzitter van de gymnastiekvereniging in Den Hoorn, WIK (Willen is Kunnen) had mij gevraagd of ik daar les wilde geven. Ik had gezegd dat ik daar geen diploma voor had, maar ze hadden echt dringend iemand nodig. Ik kon beginnen met mijn kweekschooldiploma, aantekening j en dan de Voorturncursus (1965) en de cursus voor verenigingsleidster gaan volgen in Overschie. Dat deed ik, samen met mijn zus Anneke. Op het eind van de cursus zei iemand: Jullie heten allebei Van Leeuwen, zijn jullie familie? Niemand had gemerkt dat wij zussen waren! Toen ik het diploma haalde, in 1967, was ik inmiddels al getrouwd en werkte ik niet meer bij WIK omdat ik in Enschede woonde. Ik haalde heel mooie cijfers voor het lesgeven, maar voor eigen geoefendheid haalde ik maar een 6! En ik had nog wel zoveel geoefend op de kweekschool! Ik gaf de gymlessen aan de kleuters, op zaterdagmiddag (want op zaterdagochtend gaf ik nog les aan de Geertruyd van Oostenschool). Cock Kerklaan gaf de gymlessen aan de oudere kinderen, op dinsdagavond. Als gymleidster bij WIK moest ik ook iedere maand de contributie ophalen. Dat deed ik dan op zaterdagmiddag na de lessen. De contributie bedroeg ƒ 1,- per maand. Iedere eerste zaterdag van de maand deed ik mijn rondje en als er niemand thuis was, ging ik de zaterdag daarop aan het tweede rondje beginnen en soms de week daarna nog de laatsten. De eerste zaterdag van de volgende maand begon alles weer opnieuw. Soms betaalde iemand in één keer ƒ 2,- voor 2 maanden! Dan kon ik dat adres de volgende maand overslaan! Na een paar jaar werd de contributie ƒ 1,10 per maand; toen betaalde bijna niemand meer voor 2 maanden tegelijk!
Op 31 januari 1965 was er een gymnastiekuitvoering. Ik studeerde heel wat liedjes in: op 3 februari nam onze collega Toos Sprenger afscheid om met pensioen te gaan. Iedere klas deed een liedje of een toneelstukje. Mijn klas deed Petertje Huigen en ochtendgymnastiek: Hoofd, schouders, knieën, teen, knieën, teen.
Met
de 6e klas van Toos had ik Prinses Prileria ingestudeerd. Hoofdstuk 20.
9 april
1965 - 9
april 1966 |
Op
9 april 1965 werd ik 20 jaar. Wat vond ik dat erg! Ik was geen teenager meer, ik
was al heel oud. Ik nam afscheid van mijn jeugd met deze foto, gemaakt op 12
april 1965.
We
hadden niets meegenomen om zelf eten klaar te maken, dus iedere morgen kochten
we ‘una bocadilla con jamon’ als ontbijt, als lunch ‘una bocadilla con
queso’ en ’s avonds iets engs van de kaart. Ik durfde niet iets met pootjes
te nemen, maar ik wist niet wat al die Spaanse namen van gerechten betekenden,
en ik koos zomaar wat uit. Wat kreeg ik? Een kreeft, met heel veel pootjes! Ik
heb hem opgegeten en ik vond het nog lekker ook!
Ik maakte al mijn jurken zelf. Dit was een van mijn lievelingsjurken: een heel soepele stof, met een kraag waar ik een fluwelen lintje onder kon doen, zodat ik een strik kon maken. Ik poseerde voor een fotosessie op 31 juli 1965 en vond mezelf een echte vamp! |
Er
logeerde een Griekse jongen bij tante Coby en op 8 augustus gingen Kees
Hogervorst, Lakis en ik roeien bij Plaswijck in Rotterdam. Na afloop kreeg ik 8
mooie foto’s toegestuurd van Lakis.
En
op 13 oktober 1965 was het zover: ik had ƒ 2000,- bij elkaar gespaard en bij de
Citroëngarage in Delft kocht ik een witte tweedehandse 2CV, kenteken FK-67-38.
Wat was ik er trots op! Ik
had weer een nieuwe eerste klas en vol goede moed leerde ik hen weer lezen,
schrijven en rekenen. Er zat een heel leuk meisje in mijn klas, Edith heette ze,
en ik dacht: Als ik ooit zelf een dochter krijg, hoop ik dat het net zo’n leuk
type is als Edith. Misschien noem ik mijn dochter ook wel Edith! Links:
Edith
Na
de dansles gingen we soms in een snackbar op de Spoorsingel een milkshake
drinken. Dat was iets nieuws: melk en ijs door elkaar geschud, waar een
aardbeiensmaak aan toegevoegd was. En
zo naderde 9 april 1966: de dag van mijn 21e verjaardag!
|